De Autoriteit Consument & Markt (ACM) stelt met het codebesluit congestiemanagement, en de bijbehorende wijziging van de Netcode elektriciteit, netbeheerders in staat slimmer gebruik te maken van bestaande stroomnetten. Zo ontstaat er volgens de organisatie meer ruimte op het elektriciteitsnet en hoeft in gebieden met transportschaarste niet altijd meer gewacht te worden met het aansluiten van bijvoorbeeld wind- en zonneparken totdat alle werkzaamheden voor het verzwaren van het stroomnet uitgevoerd zijn.
Gebieden op groen
Congestiemanagement houdt in dat producenten of afnemers van elektriciteit helpen het stroomnet minder te belasten door wanneer er op piekmomenten te weinig capaciteit is, de invoeding of afname tijdelijk te verminderen. Daarvoor ontvangen producenten en afnemers dan een vergoeding van de netbeheerders.
In gesprek met Solar Magazine stelde Enexis eerder al dat de nieuwe spelregels voor congestiemanagement een grote stap voorwaarts zijn en ruimte creëren voor het aansluiten van een grote hoeveelheid nieuwe zonnedaken en wind- en zonneparken en gebieden weer groen zullen worden. De ACM verwacht op haar beurt dat congestiemanagement vaker dan onder de oude regels – en uiteindelijk efficiënter – zal worden toegepast en op die manier daadwerkelijk een bijdrage kan leveren aan de groeiende congestieproblematiek. In het nu gepubliceerde codebesluit is geregeld dat netbeheerders – binnen de gestelde financiële en technische grenzen – altijd congestiemanagement moeten toepassen.
1,02 in plaats van 2,50 euro
De ACM heeft het ontwerpbesluit van het codebesluit in 2021 gepubliceerd en heeft toen veel reacties ontvangen. Deze reacties heeft de ACM gebruikt om het codebesluit verder te verbeteren. Zo heeft de ACM netbeheerders meer ruimte gegeven bij de financiële en technische grenzen waarbinnen de netbeheerder congestiemanagement moet toepassen. Waar de financiële bovengrens voor congestiemanagement door de ACM in het ontwerpbesluit vastgesteld was op 2,50 euro per megawattuur, is die nu verlaagd naar 1,02 euro per megawattuur. Een financiële grens van 2,50 euro per megawattuur zou volgens de netbeheerders tot honderden miljoenen euro’s per jaar aan kosten leiden, waar onvoldoende vergoeding tegenover zou staan in de tariefregulering. Een substantieel deel van deze kosten zou volgens de netbeheerders bij de verbruikende afnemers neerslaan.
Om meer inzicht te krijgen in de kosten heeft de ACM in de afgelopen periode een individueel informatieverzoek aan alle netbeheerders uitgestuurd. De netbeheerders hebben daarbij een cijfermatige onderbouwing aangeleverd van de verwachte kosten, inkomsten van congestiemanagement en de omvang van de congestie. Op basis daarvan heeft de ACM een analyse gemaakt over de verwachte effecten van de hoogte van de financiële grens, waaronder de hoeveelheid verwachte extra transport, de financiële effecten voor netbeheerders en afnemers en de maatschappelijke kosten voor congestie. Uit deze analyse trekt de ACM de conclusie dat een financiële grens op basis van 1,02 euro per megawattuur in deze fase van introductie van de nieuwe regels redelijk is. Het doet volgens de ACM recht aan de belangen van zowel netbeheerders als afnemers. Zo zal de financiële grens ertoe leiden dat de netbeheerders op grotere schaal dan voorheen congestiemanagement moeten uitvoeren, terwijl de financiële impact op zowel de netbeheerders als de verbruikende afnemer op een bij deze beginfase passend niveau blijft. Daarbij neemt de ACM ook in overweging dat, mocht daar aanleiding voor zijn, de financiële grens in de toekomst wel verhoogd maar niet verlaagd kan worden.
110 tot 150 procent
Een andere wijziging die de ACM naar aanleiding van de zienswijze van de netbeheerders heeft doorgevoerd, is de wijziging van de technische grens. De netbeheerders stelden eerder dat het vanwege de veiligheid niet verantwoord is om de technische grens op 200 procent van de aanwezige capaciteit te stellen en vooral niet wanneer er geen regelbaar vermogen beschikbaar is.
De ACM heeft nu in de gewijzigde Netcode elektriciteit opgenomen dat netbeheerders een technische grens van 110 procent van de aanwezige transportcapaciteit moeten hanteren; vermeerderd met het aanwezige regelbaar vermogen tot een maximum van 150 procent van de aanwezige transportcapaciteit. De technische grens bedraagt dus minimaal 110 procent en maximaal 150 procent van de aanwezige transportcapaciteit, afhankelijk van de aanwezigheid van regelbaar vermogen bij aangeslotenen.
Verplicht
Netbeheerders kunnen met de nieuwe spelregels straks naast dagbiedingen ook lange- termijncontracten afsluiten met grootverbruikers en producenten van wind- en zonne-energie, om tegen een afgesproken vergoeding minder gebruik te maken van het stroomnet. Voor verbruikers en producenten met kleinere aansluitingen wordt het mogelijk om zich te groeperen en gezamenlijk deel te nemen aan congestiemanagement.
De netbeheerder kan in sommige gevallen ook verbruikers en producenten van wind- en zonnestroomprojecten verplichten om tegen een financiële vergoeding de vraag naar transport te verminderen. Verbruikers en producenten met een gecontracteerd en beschikbaar gesteld transportvermogen van meer dan 60 megawatt zijn namelijk verplicht om tegen vooraf met TenneT overeengekomen voorwaarden een bijdrage te leveren aan het oplossen van fysieke congestie. Indien er sprake is van een congestiegebied kunnen de regionale netbeheerders verbruikers en producenten met een gecontracteerd en beschikbaar gesteld transportvermogen van meer dan 1 megawatt verplichten om een aanbod te doen voor het leveren van een bijdrage aan het oplossen van fysieke congestie. De netbeheerders werken nog samen uit hoe ze verplichting in de praktijk gaan toepassen.
Netbeheerders hoeven overigens geen congestiemanagement toe te passen als de periode van het verwachte tekort aan transportcapaciteit korter duurt dan 1 jaar en het congestiegebied in de 3 voorgaande jaren geen congestiegebied is geweest.
6 maanden de tijd
Waar de netbeheerders in hun zienswijze om een implementatietermijn van 6 tot 12 maanden hadden gevraagd, verzochten Energie Samen, Holland Solar en NWEA de ACM juist om het besluit op zo kort mogelijke termijn in werking te laten treden. Dit zodat netbeheerders en netgebruikers ervaring kunnen opdoen met het toepassen van de nieuwe regels. Zo willen de koepelorganisaties voorkomen dat het aansluiten van hernieuwbare productie nog meer vertraging oploopt.
De ACM heeft besloten het verzoek van onder meer Holland Solar in te willigen. Netbeheerders krijgen namelijk 6 maanden de tijd om de benodigde voorbereidingen te treffen, zodat ze nog dit jaar congestiemanagement op basis van de nieuwe regels toe kunnen passen. Het besluit stelt duidelijke regels voor de manier waarop netbeheerders in alle fasen van congestiemanagement – van de ‘vooraankondiging’ van voorziene structurele congestie, tot het onderzoek naar congestiemanagement en de uitvoering op dagelijkse basis – op transparante wijze communiceren over de voorspelde congestie en de wijze waarop aangeslotenen een bijdrage kunnen leveren aan congestiemanagement.
Capaciteitsbeperkingsproduct
Het codebesluit van de ACM introduceert een nieuw ‘capaciteitsbeperkingsproduct’ dat aan zowel aangeslotenen als netbeheerders veel mogelijkheden biedt om flexibiliteitsdiensten te ontwikkelen en in te zetten. Dit capaciteitsbeperkingsproduct maakt het mogelijk dat een netbeheerder afspraken maakt met klanten om onder voorwaarden en tegen betaling niet volledig gebruik te maken van de in zijn contract overeengekomen transportcapaciteit. Ook introduceert het besluit een nieuwe rol van congestiemanagementdienstverlener (csp) die de beschikbare flexibiliteit op effectieve wijze kan aanbieden aan de netbeheerder.
De ACM zal jaarlijks de inzet, kosten en baten van congestiemanagement monitoren en kan met een nieuw besluit de regels aanpassen als dan nodig of wenselijk blijkt. Belanghebbenden, waaronder ook de netbeheerders en branchevereniging Holland Solar, kunnen bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven nog in beroep gaan tegen het besluit van de ACM.
Netbeheerders: voorbereiding in volle gang
De netbeheerders laten in een eerste reactie weten te onderzoeken wat de impact van de verschillen zijn tussen de definitieve regelgeving en het eerdere codewijzigingsvoorstel. Verder stellen ze tegelijkertijd de implementatie van de nieuwe regelgeving voor te bereiden.
Liander en TenneT voeren al enige tijd verschillende congestieonderzoeken uit op basis van de nieuwe regelgeving. Stedin is begonnen met een zogenaamde flexchallenge op Tholen en Schouwen-Duiveland om daar lokale flexibiliteit te zoeken. Enexis oefent in Helden, Weertheide en Uden met een pilot op het toepassen van congestiemanagement, waarmee wordt gekeken hoe de netbeheerder én klanten samen tot een flexibel energiesysteem komen. De verwachting is dat de eerste succesvolle toepassingen van congestiemanagement volgens de nieuwe Netcode aan het einde van 2022 kunnen starten.
Kosten vergoed via nacalculatie, extra onderzoek van startDe ACM heeft de regionale netbeheerders medegedeeld dat de kosten voor congestiemanagement die vanaf de publicatiedatum van het besluit (red. van 24 mei 2022 tot en met 31 december 2023) gemaakt worden via nacalculatie vergoed zullen worden in de tarievenbesluiten voor de regionale netbeheerders elektriciteit. De ACM wil hiermee voorkomen dat onzekerheid over kosten en inkomsten een obstakel vormt om met congestiemanagement aan de slag te gaan. De einddatum is gekozen omdat de ACM verwacht dat de voorspelbaarheid van de kosten en inkomsten zal toenemen als netbeheerders meer ervaring opdoen met het toepassen van congestiemanagement. Wanneer een regionale netbeheerder congestiemanagement toepast, leidt dit namelijk niet alleen tot kosten, maar via groeiende transportvolumes ook tot meer inkomsten. Daarnaast ontvangen de regionale netbeheerders bij een stijging van invoeding extra inkomsten via de nacalculatie voor decentrale opwekking van wind- en zonne-energie. De ACM zal de komende maanden nader onderzoeken hoe zij invulling kan geven aan nacalculatie van de kosten en inkomsten van de inkoop van congestiemanagementdiensten. De ACM streeft ernaar het onderzoek voor 1 januari 2023 af te ronden. |