De tweede editie van de ‘Zonnebrief’ – de minister stuurde vorig jaar voor het eerst een Zonnebrief naar de Tweede Kamer – geeft duidelijkheid over welke vorderingen het kabinet maakt met de uitvoering van de afspraken uit het coalitieakkoord over zonne-energie.
Succesvoller
De minister constateert allereerst dat de groei in opwek van stroom met zonnepanelen succesvoller is geweest dan scenario’s voorspelden. Toch is er volgens de minister behoefte aan een extra opschaling van het duurzaam productievermogen, waarvan zon-pv onderdeel zal zijn. ‘In het Nationaal Plan Energiesysteem (NPE) schetst het kabinet welke rol zon-pv in een CO2-vrij elektriciteitssysteem kan spelen. De integrale infrastructuurverkenning van de netbeheerders laat voor 2050 een mogelijke doorgroei van zon-pv zien tot 173 gigawattpiek.’
Ondanks de positieve toekomst die Jetten ziet voor de zonne-energiesector, kent de groei van zon-pv ook een schaduwzijde. ‘De snelle groei van zon-PV kent echter ook uitdagingen. Daarom scherp ik beleid aan’, aldus Jetten.
Randvoorwaarden
De minister stelt te streven naar ‘een duurzame en verantwoorde groei van zon-pv’ langs 6 randvoorwaarden: ruimtelijke aspecten; verantwoorde en kwalitatieve ontwikkeling van zon-pv; netcapaciteit en systeeminpassing; rechtvaardige verdeling van de baten van opwek met zon-pv; vergroting productiecapaciteit van zon-pv in Nederland en Europa; en veilig werken en veilige installatie van zon-pv.
Voor al deze 6 randvoorwaarden kondigt de minister in zijn Zonnebrief een reeks maatregelen aan: van het uitwerken van de verplichting voor zonnecarports bij parkeerterreinen, de stimulering van circulaire zonnepanelen, alternatieve stimulering dan de SDE++ voor zonnepanelen na 2024 en instructieregels voor zonneparken.
Garantstellingsfonds
Een van de onderwerpen die uitgebreid aan bod komt, is de installatiekwaliteit van zonnepanelen en de bijbehorende verzekerbaarheid van gebouwen met zonnepanelen. Minister Jetten geeft aan in gesprek te gaan met het Verbond van Verzekeraars, de zonne-energiesector en het Nationaal Programma Regionale Energiestrategie (NP RES) over de onverzekerbaarheid van specifieke gebouwen met zonnepanelen.
Ook is de minister in gesprek met medeoverheden en de zonne-energiesector over hoe gehandeld moet worden bij branden waar zonnepanelen bij betrokken zijn. ‘Om te leren hoe in de praktijk gehandeld wordt en of verder handelen van het Rijk nodig is. Mogelijk kan extra communicatie over door brand verspreide zonnepaneeldeeltjes ook bijdragen aan zorgvuldig handelen en het goed afhandelen van schade.’
Jetten stelt daarbij ook te zullen bekijken of het inrichten van een garantstellingsfonds nodig is.
Actieplan monumenten
Een soort gebouwen waarbij de uitrol van zonnepanelen nog altijd moeizaam verloopt, zijn monumenten. ‘Hoewel niet breed bekend, is plaatsing van zon-pv op monumenten vaak mogelijk, onder de voorwaarde dat rekening wordt gehouden met cultuurhistorische waarden. De Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed (RCE) heeft voor zon-pv op monumenten een handreiking gepubliceerd die al door verschillende gemeenten opgenomen is in gemeentelijk beleid. Ik roep gemeenten die dat nog niet hebben gedaan op om dit voorbeeld te volgen. Met het Actieplan zon-pv op monumenten werk ik met de staatssecretaris van Cultuur en Media (CM) aan de verduurzaming van monumenten, ook via zon-pv.’
De minister zet daarbij in op actieve communicatie over verduurzamingsopties en het monitoren van zon-pv, maar bekijkt ook of aanpassing van wet- en regelgeving nodig is om de uitrol van zon-pv op monumenten te versnellen. ‘Ook zal ik na de zomer de Erfgoed Deal medeondertekenen, een samenwerking tussen het Rijk, medeoverheden en maatschappelijke organisaties. Hiermee worden projecten ondersteund, gericht op ruimtelijke kwaliteit en verduurzaming van het erfgoed.’
Holland Solar: ‘Er is ruimte voor extra zonne-energie’‘Allereerst is en blijft het een groot goed dat de Zonnebrief bestaat, want voor de zonne-energiesector was dat enkele jaren geleden praktisch ondenkbaar’, stelt Nold Jaeger, manager Beleid bij Holland Solar. ‘Het is goed om te zien dat de Zonnebrief – waarbij tal van ministeries en bewindslieden betrokken zijn – een binnen de regering breedgedragen visie aangaande zonne-energie bevat.’ Amelie Veenstra, directeur Beleid bij Holland Solar, is eveneens in haar nopjes. ‘Laten we niet vergeten dat een groot aantal andere duurzame-energietechnieken – zoals geothermie en warmtepompen – geen eigen beleidsbrieven kennen. Voor de zonne-energiesector is de Zonnebrief daarmee een mooi meetmoment en een kans om het politieke beleid in zijn totaliteit te beoordelen.’ En die beoordeling is – ondanks dat er logischerwijs ook stevige kritiekpunten op zijn – positief. Jaeger en Veenstra: ‘Minister Jetten bevestigt met de tweede Zonnebrief dat zonne-energie een significante bijdrage kan leveren aan de extra opwek die nodig is voor de versnelde elektrificatie. In essentie is die elektrificatie ook de grootste uitdaging voor de zonne-energiesector. Consumenten en bedrijven moeten snel genoeg elektrificeren om te zorgen dat de realisatie van nieuwe zonne-energieprojecten op stoom blijft: als er immers geen afnemers zijn voor de opgewekte zonne-energie, is de businesscase niet rond te rekenen. Tegelijkertijd is de aanwezigheid van voldoende duurzame energie voor de industrie een randvoorwaarde om te elektrificeren. In kader zijn we blij dat minister Jetten ook in de nieuwste Zonnebrief herhaalt dat hij het extra aanbod van de energieregio’s – bovenop de 35 terawattuur uit het Klimaatakkoord – wil verzilveren. Want ons inziens is er volop ruimte voor de extra uitrol van zonne-energie.’ |
De september 2024-editie van Solar Magazine is verschenen. Het tijdschrift bevat artikelen over de toekomst van de Nederlandse pv-markt, negatieve stroomprijzen, de strijd tegen dwangarbeid en Solar Solutions Kortijk.