logo
wvhj2023
© Timon Schneider
© Timon Schneider
17 september 2024

Waakhond: wetsvoorstel afschaffen salderingsregeling zonnepanelen onduidelijk over terugleverkosten

Het wetsvoorstel van minister Hermans om de salderingsregeling per 1 januari 2027 te beëindigen, is niet duidelijk genoeg. Waakhond ACM stelt dat duidelijkheid ontbreekt over het voortbestaan van terugleverkosten.

De Autoriteit Consument & Markt (ACM) heeft een zogenaamde uitvoerbaarheids- en handhaafbaarheidstoets (UHT) uitgevoerd op het wetsvoorstel voor het beëindigen van de salderingsregeling.

Verbeteringen op 3 punten
Bij de presentatie van het hoofdlijnenakkoord maakten de PVV, NSC, VVD en BoerBurgerBeweging (BBB) bekend het salderen alsnog per begin 2027 te willen beëindigen. Die ambitie werd door het kabinet van premier Dick Schoof afgelopen vrijdag bevestigd bij de presentatie van het regeerakkoord. De ministerraad stemde eind augustus al in met de voorbereiding van het wetsvoorstel dat voorziet in het stoppen van de salderingsregeling.

Het wetsvoorstel dat minister Sophie Hermans van Klimaat en Groene Groei vandaag aan de Tweede Kamer heeft gestuurd, is volgens de ACM uitvoerbaar en handhaafbaar als het op 3 punten aangepast en verduidelijkt wordt. De toezichthouder vraagt daarbij aandacht voor de maatschappelijke baten van zonnepanelen en voor het feit dat het huidige wetsvoorstel geen duidelijkheid geeft over het voortbestaan van de terugleverkosten die veel leveranciers nu vragen aan consumenten met zonnepanelen.

Redelijke terugleververgoeding
Met het wetsvoorstel vervalt voor zonnepaneelbezitters per 1 januari 2027 de mogelijkheid tot het salderen van met zonnepanelen opgewekte stroom. In plaats daarvan gaan consumenten die zonne-energie terugleveren een vergoeding van hun energieleverancier ontvangen. De ACM krijgt de taak erop toe te zien dat consumenten met zonnepanelen een ‘redelijke terugleververgoeding’ ontvangen voor hun opgewekte elektriciteit.

Zonnepaneeleigenaren met een kleinverbruikersaansluiting die netto meer stroom terugleveren dan ze afnemen van hun energieleverancier, krijgen voor deze overtollige zonne-energie een redelijke vergoeding: de zogenaamde terugleververgoeding. De ACM constateert in de UHT dat het begrip ‘redelijke terugleververgoeding’ niet in het wetsvoorstel wordt gedefinieerd. De waakhond adviseert daarom om in het wetsvoorstel toe te lichten wat een redelijke terugleververgoeding is, zodat dit voor iedereen duidelijk is. De ACM vraagt de minister als eerste verbeterpunt in het wetsvoorstel op te nemen dat een terugleververgoeding niet redelijk is wanneer deze onevenredig laag is gezien de kosten en baten van de leverancier en bovendien niet concurrerend is. Om daadkrachtig op te kunnen treden tegen onredelijk lage terugleververgoedingen wil de toezichthouder, en dat is het tweede verbeterpunt, de bevoegdheid krijgen om een minimale terugleververgoeding te kunnen opleggen aan leveranciers. 

Onderzoek
De ACM kondigde afgelopen maand nog aan onderzoek te gaan doen naar enkele energiebedrijven die consumenten met zonnepanelen netto laten betalen voor overtollige zonne-energie.

De huidige praktijk leert volgens de waakhond dat energieleveranciers op verschillende manieren de meerkosten van zonnepanelen kunnen doorberekenen. Hierdoor kunnen de kosten die voor het terugleveren van stroom betaald moeten worden hoger zijn dan de ontvangen terugleververgoeding. Met het huidige voorstel voor het afschaffen van de salderingsregeling zal de ACM naar eigen zeggen niet kunnen handhaven op het netto moeten betalen voor het terugleveren van elektriciteit als de terugleververgoeding en terugkosten redelijk zijn. Als het de bedoeling is van de wetgever dat huishoudens met zonnepanelen netto nooit hoeven te betalen voor de stroom die zij opwekken, is het wenselijk om het wetsvoorstel voor het afschaffen van de salderingsregeling op dit punt te verduidelijken.

‘De ACM begrijpt de keuze voor de niet-negatieve terugleververgoeding’, schrijft Manon Leijten, bestuurslid bij de ACM, in haar brief aan minister Hermans. ‘Met deze keuze houdt de minister rekening met de maatschappelijke baten van zelf opgewekte elektriciteit door consumenten. De ACM wijst de minister wel op enig risico bij de huidige vormgeving van de niet-negatieve terugleververgoeding. Het staat leveranciers namelijk vrij om hiervoor gemaakte kosten op andere wijze alsnog in rekening te brengen, bijvoorbeeld via het vastrecht. De ACM denkt graag mee hoe dit risico kan worden ondervangen.’

Dat laatste is opvallend, omdat minister Hermans in de toelichting op haar wetsvoorstel schrijft dat het voor energieleveranciers niet mogelijk is om kosten die samenhangen met het terugleveren alsnog via een omweg in rekening te brengen, terwijl de ACM vreest dat dit dus wel kan.

Langlopende contracten
Als derde verbeterpunt pleit de toezichthouder ervoor dat het ministerie in de wet duidelijkheid geeft over langlopende contracten die vóór 2027 zijn afgesloten en die tot na het afschaffen van de salderingsregeling in 2027 doorlopen. Huishoudens met zo’n contract moeten duidelijkheid krijgen over wat de afschaffing van de salderingsregeling voor hen betekent.

De waakhond verzoekt daarbij ook te regelen dat de consumenten de mogelijkheid hebben om hun overeenkomst kosteloos op te zeggen als de leverancier de voorwaarden eenzijdig aanpast naar aanleiding van de afschaffing van de salderingsregeling.

Deel dit artikel:

Nieuwsbrief

Meld u aan voor de nieuwsbrief met het laatste nieuws!
Ja, ik wil de nieuwsbrief ontvangen en heb de privacy policy gelezen.

Laatste Nieuws

Bekijk al het nieuws

Meest gelezen

Producten