Rechter wijst bezwaar tegen tuinbouwkas met zonnepanelen af

Zij stelden in de rechtszaal dat de gewassen in afgesloten klimaatcellen worden geteeld en het glas vooral dient ter ondersteuning van zonnepanelen. De rechter volgt die redenering niet en heeft geoordeeld dat de plannen binnen de geldende regels vallen.

Sla en babyleaf
De zaak draaide om een vergunning voor de bouw van een tuinbouwkas op de Roggelsedijk in Meijel. Volgens de initiatiefnemer, De Schoenmakers Group (DSG), is de kas bedoeld voor de verticale teelt van sla en babyleaf in klimaatcellen. Dit concept maakt gebruik van gecontroleerde omgevingsfactoren om pesticidevrije gewassen te kweken. De elektriciteit die hiervoor nodig is, wordt grotendeels opgewekt door zonnepanelen op het kasdak en het overschot aan zonne-energie wordt teruggeleverd aan het stroomnet.

Omwonenden en andere belanghebbenden bestreden de vergunning. Zij stelden dat het project niet als glastuinbouwbedrijf kon worden aangemerkt, omdat het glas geen wezenlijke rol speelt in de teelt en de kas feitelijk slechts een constructie is om zonnepanelen te dragen. De gemeente Peel en Maas was het daar niet mee eens en stelde dat het plan voldeed aan de bestemming ‘Agrarisch – Glastuinbouw’.

Zonlichttoetreding
De rechtbank heeft dat standpunt nu bevestigd. Volgens de rechter eist het bestemmingsplan niet dat de gewassen direct afhankelijk zijn van zonlichttoetreding door het glas. Het feit dat de planten in klimaatcellen groeien, doet volgens de rechtbank niets af aan het feit dat ze geteeld worden ‘in een tuinbouwkas’, zoals de planregels voorschrijven. Daarnaast acht de rechtbank niet aannemelijk dat de kas primair bedoeld is voor energieopwekking, aangezien uit het bedrijfsplan blijkt dat er daadwerkelijk sprake is van agrarische bedrijfsvoering.

Het beroep tegen de verleende omgevingsvergunning is daarom afgewezen. De bezwaarmakers kunnen binnen 6 weken nog in hoger beroep gaan bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.