Waar het in de maand mei om 12.565 nieuwe zonnepaneelinstallaties ging, waren dit er in juni met 14.280 nieuwe registraties 13,6 procent meer. Dit alles blijkt uit informatie van de Nederlandse netbeheerders afkomstig van de database CERES*.
Tot 5 kilowatt: 11,8 procent groei
Als het herstel zich in de maand juli doorzet, is de verkoop van zonnepanelen bij consumenten mogelijk voorbij het dieptepunt. Kijkend naar de kleinere zonnepaneelsystemen – die met een omvormervermogen tot 5 kilowatt en die vooral door particulieren worden aangeschaft – is in juni een groei van 11,8 procent zichtbaar.
Het is belangrijk om te begrijpen dat de consumentenmarkt voor zonnepanelen niet alleen bestaat uit systemen onder 5 kilowatt. Ook installaties in de categorie van 5 tot 15 kilowatt worden regelmatig door particulieren op hun woningen geplaatst. Dit geldt vooral voor huishoudens met een grotere energiebehoefte of woningen met meer dakoppervlak.
Nieuw vermogen
De totale capaciteit van de nieuw geregistreerde zonnepaneelinstallaties, gemeten in omvormervermogen, is in juni 2025 met 31,3 procent toegenomen tot een totaal van 88,2 megawatt wat niet alleen hoger is dan afgelopen maand, maar ook hoger dan in de eerste 2 maanden van 2025.
Wanneer specifiek gekeken wordt naar de kleinere zonnepaneelinstallaties met een vermogen tot 5 kilowatt – de categorie die typisch door huishoudens wordt aangeschaft – is een groei van 12,4 procent zichtbaar in het nieuw geregistreerde omvormervermogen van 24,1 naar 27,1 megawatt.
Meeste omvormervermogen
Gekeken naar de totale hoeveelheid nieuw geregistreerd zonnepaneelvermogen in 2025 tot eind juni, dan is de meeste capaciteit geregistreerd in de categorie van grotere installaties – die met een omvormervermogen boven de 15 kilowatt. Deze categorie heeft in totaal 192,0 megawatt aan vermogen opgeleverd, wat aangeeft dat grotere installaties zoals die op bedrijfspanden een groot deel van de totale capaciteitsgroei voor hun rekening nemen.
Wanneer naar het aantal nieuwe registraties gekeken wordt in plaats van naar het totale vermogen, dan vormen de kleinere systemen tot 5 kilowatt veruit de grootste groep. Tot en met eind juni 2025 zijn er 69.496 van deze kleinere installaties geregistreerd. Dit is logisch, aangezien deze categorie voornamelijk bestaat uit installaties op woningen van consumenten.
5 tot 15 kilowatt: forse groei
Afgelopen maand was in de middencategorie van zonnepaneelinstallaties – met een vermogen tussen 5 en 15 kilowatt – een forse groei zichtbaar. Het aantal nieuw geregistreerde installaties in de middencategorie nam met 23 procent toe: van 2.490 stuks in mei naar 3.061 in juni. Deze middencategorie omvat zowel grotere woninginstallaties als kleine zakelijke installaties.
De groei in het aantal nieuw geregistreerde zonnepaneelinstallaties in de middencategorie van 5 tot 15 kilowatt vertaalt zich ook rechtstreeks naar een duidelijke groei in het totale geïnstalleerde vermogen. In juni 2025 steeg het nieuw geregistreerde omvormervermogen in deze categorie met 17,3 procent vergeleken met mei 2025, te weten van 17,9 naar 20,9 megawatt.
Groter dan 15 kilowatt: beste maand 2025
De categorie van de grotere zonnepaneelinstallaties – die met een omvormervermogen boven de 15 kilowatt maar onder 1 megawatt – laat in juni 2025 een wezenlijke groei zien en lag ook hier boven de maanden januari en februari 2025. Het aantal nieuw geregistreerde installaties in deze categorie steeg wel het minste, te weten met 5 procent van 560 naar 585 nieuwe installaties.
Wat opvalt, is dat de nieuwe installaties deze vermogensklasse de beste maand van dit kalenderjaar bezorgen. Het nieuw geregistreerde omvormervermogen groeide met maar liefst 59,2 procent ten opzichte van mei 2025, namelijk van 25,2 megawatt naar 40,2 megawatt. Dat is het hoogste niveau sinds oktober vorig jaar.
Klein- en grootverbruikers
De ontwikkeling van zonnepaneelinstallaties bij kleinverbruikers – huishoudens en kleine bedrijven – toonde een gestage groei in de eerste maanden van 2025, kromp fors in de maand mei en toonde in juni een duidelijk herstel. Het aantal nieuwe registraties groeide namelijk met 13,2 procent van 12.436 naar 14.078 nieuwe installaties.
Bij grootverbruikers was een forse groei zichtbaar, wat resulteerde in de beste maand van het kalenderjaar. Het aantal nieuw geregistreerde installaties in deze categorie steeg met 56,6 procent van 129 naar 202 installaties. Dat is exact evenveel als het maandelijkse gemiddeld aantal nieuwe installaties van grootverbruikers in het kalenderjaar 2024. In 2025 gaat het maandelijks om gemiddeld 159 nieuwe pv-installaties bij grootverbruikers.
Cumulatief aantal installaties
In onderstaande grafiek is het per kalendermaand cumulatief aantal geregistreerde zonnepaneelinstallaties in CERES te zien, waarbij de netbeheerders ervan uitgaan dat zo’n 10 procent van de installaties niet geregistreerd is. Nederland telt inmiddels 3,22 miljoen zonnepaneelinstallaties.
Cumulatief vermogen installaties
Het door de regionale netbeheerders cumulatief geregistreerd vermogen passeerde vorig jaar januari de grens van 14 gigawatt en bevond zich eind juni op ruim 18,9 gigawatt.
* Belangrijk: voor dit artikel zijn door de netbeheerders enkel cijfers voor zonnepaneelinstallaties met een omvormervermogen tot 1 megawatt beschikbaar gesteld.
Meer statistieken over de zonne-energiemarkt lezen? Lees dan het speciale Solar Magazine-dossier ‘De harde cijfers’.
Disclaimer cijfers Sinds maart 2024 communiceren de netbeheerders de registratie van zonnepaneelinstallaties bij kleinverbruikers niet langer op basis van het zonnepaneelvermogen uitgedrukt in kilowattpiek (DC-vermogen), maar op basis van het omvormervermogen uitgedrukt in kilowatt (AC-vermogen). Voor grootverbruikers deden de netbeheerders dit al. Het CERES-register bevat daarbij alle zonnepaneelinstallaties met een omvormervermogen tot 1 megawatt –oftewel type A volgens het Requirement for Generators (RfG) – en daarmee nog geen data van zonnedaken en zonneparken die rechtstreeks aangesloten zijn op het hoogspanningsnet van TenneT. In de CERES-database schrijven de netbeheerders de nieuwe zonnepaneelinstallaties toe aan de maand van aanmelding. In tegenstelling tot bijvoorbeeld Vlaanderen – waar het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap (VEKA) een zonnepaneelsysteem toeschrijft aan de maand van installatie – worden de cijfers van de netbeheerders daarom niet met terugwerkende kracht gecorrigeerd. Dit betekent bijvoorbeeld dat in december geïnstalleerde zonnepanelen die in januari via de website energieleveren.nl aangemeld worden in de statistieken ook terug te vinden zijn in de maand januari. Waar de netbeheerders aanvankelijk stelden dat de inbedrijfsnamedatum en registratiedatum vrijwel identiek zijn, melden ze inmiddels dat ‘de registratie van een installatie later kan plaatsvinden dan het installeren zelf’. Ze stellen dat de cijfers hierdoor achter zullen lopen op de werkelijk geïnstalleerde installaties. Sowieso zijn in de zomer verschillen zichtbaar – die zouden volgens de netbeheerders minder dan 10 procent bedragen – waarbij in deze traditiegetrouw drukke installatiemaanden meer zonnepaneelinstallaties worden opgeleverd dan geregistreerd. In de winter zouden juist minder zonnepaneelinstallaties worden geïnstalleerd dan geregistreerd. Daarnaast kunnen er registraties missen, waardoor de gegevens niet compleet zijn. |
De juni 2025-editie van Solar Magazine schenkt aandacht aan het installeren van zonnepanelen in oost-westopstellingen, verdienmodellen in het post-salderingstijdperk, agri-pv en offgrid pv-installaties.